Thuiszorg
Aangemaakt op in blog / algemeenWassen, scheren, aankleden is elke morgen een heel karwei. Het kost heel veel tijd. Gert is snel moe en gauw geïrriteerd. Zijn sokken zitten gedraaid of binnenstebuiten, zijn te strak of te wijd, zijn oud en moeten weg. Zijn t-shirt trekt hij heel langzaam over zijn hoofd. Help ik daarmee, dan roept hij dat het pijn doet en wil direct een ander shirt met een wijdere hals. Zijn spijkerbroek is ook een groot probleem: die zit te strak of is juist te wijd, de bretels maken het heel ingewikkeld. Haren kammen doet zeer, tanden poetsen is een lastig karwei. En dan heb ik het nog niet eens over het scheren! En intussen raak ik steeds meer gestresst, omdat het busje komt om Gert naar de groep te brengen of omdat mijn plannetjes voor die dag in het honderd lopen.
Op aanraden van de casemanager heb ik gesproken met iemand van de thuiszorg. Ik vertelde uitgebreid mijn problemen met het ochtendritueel en mijn angst dat Gert niet geholpen zou willen worden door een vreemde. Maar ik gaf ook aan dat de dag beginnen met een nare stemming erg vervelend is en dat ik er steeds meer tegenop begon te zien. We spraken af dat we het een keer zouden proberen. Mijn angst was ongegrond: het ging geweldig. Zo goed dat Gert nu twee keer in de week hulp bij het douchen en scheren krijgt. Als de vrouw van de thuiszorg weg is, ontbijten we in alle rust, zonder stress. Een goed begin van de dag.